Alain Verheij's Blog
April 19, 2025
De intense spanning van het Paasfeest

Pasen is een vrolijk feest van nieuw leven met de bittere bijsmaak van een kruisiging. In die dubbelheid schuilt precies de les ervan. Als we in deze tijd weer hoopvol willen leren leven, moeten we eerst eerlijk zijn over wat er allemaal misgaat. Zonder weg te kijken, maar ook zonder erin te blijven hangen.
De laatste jaren tref ik mezelf steeds vaker aan in zaaltjes terwijl ik mijn armen wijd openspreid als een crucifix. Dat is geen kansloze auditie voor een hoofdrol in The Passion en ook geen messiascomplex mijnerzijds. Het is een lichaamsgebaar waarmee ik, verwijzend naar de kruisiging van Jezus, de kern van de Bijbelse boodschap probeer uit te beelden. Die bestaat uit twee berichten die elkaar lijken tegen te spreken. Het eerste bericht? Het gaat slechter dan je kunt vrezen. Het tweede bericht? Het wordt beter dan je kunt hopen. Twee zinnen die samen het gespannen evenwicht van het evangelie vormen.
Het unieke van deze grondhouding zit hem niet in de inhoud van beide zinnen, maar in de combinatie ervan. Er zijn heel veel plekken op de wereld waar je te horen krijgt dat het slecht gaat, dat we een probleem hebben. Er zijn ook heel veel plekken op de wereld waar het optimisme hoogtij viert. Maar zelden kom je beide gedachten samen tegen, gebundeld in één boek, persoon of ideologie. Vrijwel alle profeten in de Bijbel doen dat wel. Kijk bijvoorbeeld naar Sefanja, die zijn boek begint met een dreigend ‘Alles zal Ik van de aardbodem wegvagen � spreekt de HEER.� Twee hoofdstukken later eindigt hij jubelend: ‘Met eigen ogen zullen jullie zien hoe Ik je lot ten goede keer � zegt de HEER.�
Het gaat slechter dan je vreestZwaarmoedige slechtnieuwsberichten zijn onontkoombaar en ook noodzakelijk. Je treft ze overal aan in onze cultuur. Alleen al het volgen van het wereldnieuws is zeker in de afgelopen maanden een moedeloos makende exercitie. Op de meeste dagen heb ik al voor het ontbijt de verschrikkelijkste dingen gelezen. Afgelopen maandag, om maar wat voorbeelden te noemen: geweld tegen een ziekenhuis in Gaza, een medische post in Soedan, een kerk in Oekraïne. Het lukt de internationale gemeenschap op geen enkele wijze om een breed gedragen en duurzame wereldvrede voor elkaar te boksen.
Ook van de kant van klimaatwetenschappers krijgen we ellendige waarheden te verstouwen. We zijn er vorig jaar in geslaagd om de anderhalve graad opwarming te realiseren. Dat wordt alleen maar erger want alle bewustwording ten spijt verandert ons gedrag noch onze industrie snel genoeg. We eten nog minstens zoveel vlees als altijd, de CO2-uitstoot door de Nederlandse luchtvaart bereikte in 2024 een recordhoogte en intussen stemmen we op partijen die hun kwaadaardige klimaatlaksheid ternauwernood door de rechterlijke macht laten corrigeren. De klimaatramp is geen doemscenario; ze is allang begonnen.
Als zulke confronterende realisaties nog niet binnenkomen, helpt Netflix ons wel aan een gevoel van dreiging. Heel de westerse wereld keek dit voorjaar naarÌýAdolescence, een productie over een schoolmeisje dat is doodgestoken door een klasgenoot. Achter zo’n misdaad gaan hele werelden schuil, toont de serie aan. Wat kan de middelbare school toch een genadeloze microkosmos zijn. Wat is het opvoeden van je kinderen een onmogelijke taak. En hoeveel grip hebben we eigenlijk nog op onze jongens, blootgesteld als ze zijn aan talloze influencers die hun van alles wijsmaken over mannelijkheid, dominantie en onkwetsbaarheid?
Dit is de impopulaire kant van de Bijbelse boodschap, die het tegenovergestelde van wereldvreemd is. De mensheid is nu eenmaal donkerder dan we willen toegeven. De manier waarop we met de planeet en elkaar omgaan is vaak op z’n best onverschillig te noemen. In de twintigste eeuw bloedde de aarde � in de eenentwintigste eeuw zal ze branden.
Het wordt beter dan je hooptVertegenwoordigers van de andere kant zullen tegenwerpen dat we in de beste tijd ooit leven. Hun boeken liggen voorin de winkels, want de meeste mensen lezen graag dat de meeste mensen . En inderdaad: koloniale slavernij is officieel afgeschaft, vrouwen hebben veel-meer-dan-stemrecht, zolang dat antivaxgedram zich niet doorzet kunnen we vele ziekten onder controle houden. Onze voedselproductie is zo geavanceerd dat mijn supermarkt een weelde van twintig soorten pindakaas bevat. De mensheid gooit al tachtig jaar geen atoombommen terwijl we ze wel kunnen vervaardigen. Ikzelf ben in 1989 geboren en had dat jaartal niet willen omwisselen voor 1889, 1489 of 1089.
Cabaretier Lisa Ostermann zingt in haar lied Ìýhoe wonderlijk het is dat de mensen er nog zijn. Hoe vaak het mis had kunnen gaan en hoe vaak we toch weer opkrabbelden, ergens hoop vandaan wisten te halen. Hoop die, zo zegt het lied, zelfs God weet te verbazen. De mens is een opmerkelijk veerkrachtige soort met een innovatieve levenslust. Af en toe zien we een wondertje gebeuren van samenwerking en belangeloze inzet waardoor alles ineens weer mogelijk is. Waardoor een toekomst van vrede, veiligheid en voorspoed bijna binnen handbereik lijkt.
Als ik in de lente een zaadje onder de grond stop, kan ik me niet voorstellen dat er ooit iets uit groeit. Als ik ’s winters de kale bomen en struiken in en om mijn tuin zie en de hond uitlaat onder een grauwe hemel, geloof ik niet dat er ooit nog wat gaat bloeien en stralen. Toch gebeurt het. Op diezelfde manier kan de zon gaan schijnen in een hart, in een land, tussen mannen en vrouwen, tussen volken en werelddelen. Dat vooruitzicht is onmisbaar � maar noem het geen optimisme, maar hoop.
De twee armen van het Paasfeest
Wat het verschil tussen die twee is? Hoop kijkt en lacht niet weg. Hoop liegt niet. Hoop veronderstelt en erkent de zorgen die eraan zijn voorafgegaan. Daarom staat er zo’n intense hoogspanning op het Paasweekend. Natuurlijk zijn alle gelovigen blij dat Jezus is opgestaan. Het is het beste nieuws ooit. Maar om op te staan uit de dood, moet je eerst doodgaan. Wat men Goede Vrijdag noemt, de vernederende en schreeuwlelijke kruisiging van Jezus, hoort onlosmakelijk bij het Paasfeest. De pijn en het lijden zijn de geloofwaardige grond waarop de hoop kan groeien. Jezus kon mij geen hoop geven als hij niet eerst had laten zien dat hij vertrouwd was met de wanhoop.
De crux die de rouw en de hoop bij elkaar houdt, is liefde. Liefde kan treuren om wat we al verloren hebben en gelijktijdig onze zorgzaamheid activeren voor wat we hebben en houden. Liefde kan de migrant en de PVV-stemmer, de puber en de boomer transformeren van een probleemgeval naar eenÌýmensÌýmet problemen. Liefde bedekt geen zonden â€� liefde brengt mijn zelfzuchtige neigingen aan het licht en rust niet totdat ze ten goede zijn gekeerd. Het is vernieuwing zonder ontkenning.
Over wederopstanding gesproken: de kerk is al decennialang in toenemende mate een studie in kaalhoofdigheid, maar vorig weekend bevestigdeÌýGod in NederlandÌýdat generatie Z weer iets geloviger wordt. Geen wonder, zou ik zeggen. Jongeren hebben genoeg van ongefundeerd optimisme. Leiders die verandering beloven en niet brengen. Vervuilende bedrijven met groene stickers op hun plastic verpakkingen. Influencers die zeggen dat je een miljoen bij elkaar kunt manifesteren. Weg ermee â€� het leven is geen Droomvlucht.
Maar pessimisme brengt hun ook niets. Jongeren erven deze wereld en zijn vast van plan hier een toekomst te hebben. Er moet en zal een weg vooruit zijn, dwars door de catastrofen heen. Daar komt dat aloude Paasverhaal om de hoek kijken met niet alleen de waarschuwende vinger van de eerste arm, die ons wijst op onze crisis. Maar juist ook de omhelzing van die tweede arm: de arm van ‘het kan wél�, de arm van het ‘en tóch�, de vingerwijzing naar een betere toekomst.
**
Dit stuk lees je gratis. Wil je me een fooi ervoor geven, .
January 20, 2025
Jordan Peterson afserveren is niet zo gek. Maar waarom moet het christendom het nou weer ontgelden?

In zijn laat schrijver Sander Kollaard geen spaan heel van het nieuwe boek van Jordan Peterson. Deze psycholoog en internetgoeroe gaat in Wij die worstelen met God op zoek naar levenslessen uit de Bijbel. Het resultaat is op z’n best warrig en grotesk te noemen. Net als vele andere recensenten had Kollaard dit boek liever niet besproken, maar Peterson valt nu eenmaal niet te negeren. Hij heeft een schare volgelingen die je niet moet onderschatten en maakt onderdeel uit van een bredere beweging: rechtse en/of conservatieve mannen die zich begeven op een snijvlak tussen religie en reactionaire politiek.
Zelfgenoegzaamheid
Na drie alinea’s vliegt Kollaard als recensent echter zelf uit de bocht. Door te stellen dat “Peterson komt met dezelfde onzin die theologen al eeuwen verkondigen� richt hij zijn vizier niet alleen meer op de gesjeesde Canadese schrijver. Nee, tegelijk met Jordan Peterson moet een heel vakgebied het ontgelden. Dat is ten eerste wrang voor theologen omdat Kollaard na een beetje research had kunnen weten dat ook zij over het algemeen niet enthousiast zijn over het gerecenseerde boek. Het invloedrijke Christianity Today noemt het theologisch glibberig, de voormalige chef van de Church of England (Rowan Williams) beschreef het afgelopen najaar zeer kritisch en in Nederland heb ikzelf het met Kerst afgeserveerd als verbale incontinentie. Toch worden wij theologen in de Volkskrant op een hoop geveegd met Peterson.
Kollaard verwijt zijn recensieslachtoffer drammerigheid, pseudodiepzinnigheid (mijn samenvatting) en stoort zich aan het heilige gelijk van Peterson. Daar sluit ik me helemaal bij aan. Toch mag de recensent wel oppassen dat hij zelf niet in precies die valkuilen stapt wanneer hij over het christendom schrijft. Hij doet dat op de venijnige toon die exclusief lijkt voorbehouden aan, laten we zeggen, intellectuele kinderen van de jaren 1960. De zelfgenoegzaamheid van de westerse man die volstrekt religieus is in zijn antireligiositeit. Dat is niet alleen licht achterhaald en saai. Ook is het oneerlijk jegens een kerkelijke en academische traditie waarin mensen in alle feilbaarheid hun best doen om op redelijke wijze gelovig te zijn.
Onheuse trap na
Zo valt Jordan Peterson volgens de recensent “in alle kuilen waarin christelijke uitleggers al eeuwen vallen. Hij negeert de bedoelingen van de oorspronkelijke auteurs, de specifieke context van hun verhalen, en laat gapende gaten vallen tussen de tekst zelf en zijn interpretatie.� Het oordeel over Peterson klopt, maar de terloopse associatie is schandalig. Voor de tweede keer gebruikt Kollaard “al eeuwen�, waarmee hij dezelfde aanmatigende pretentie tentoonspreidt die hij Peterson aanrekent. Het is een onheuse trap na tegen exegeten en Bijbelwetenschappers, die van oudsher elke letter in de Bijbel hebben omgekeerd om zorgvuldig te zoeken naar de oorspronkelijke bedoeling van de auteurs en een verantwoorde hermeneutiek.
Alles wat er mis is aan Peterson, is voor Sander Kollaard “vertrouwd� (viermaal). Vertrouwd omdat hij suggereert, het al te kennen van de christelijke traditie. Hiermee legt hij een koppeling tussen Jordan Peterson en het christendom, waar dat christendom absoluut niet om heeft gevraagd. Als hij Elon Musk (met diens eigen woorden) als cultureel christen labelt, gaat het richting guilt by association. Foute mannen flirten met het christendom, dus dat christendom zal ook wel stinken. Maar wat kunnen theologen, kerken en christenen eraan doen dat Trumps, Musks en Petersons gebruik willen maken van hun symboliek en gezag? Dat zij zich tooien met een christelijke banier, wil niet zeggen dat ze direct onze woordvoerders of vertegenwoordigers mogen zijn.
Verdraaid Bijbelcitaat
Kollaard belijdt vriendelijk dat hij het mensen van harte gunt als ze iets vinden in het christelijk geloof, maar waarschuwt voor de duistere kant van die godsdienst. “‘Ik ben in staat alles te doen in naam van Christus�, schrijft Paulus aan de Filippenzen. Het is een populair citaat onder christenen, maar mijn haren gaan overeind staan als ik het tegenkom: de nadruk ligt op dat alles.� Wie dit vermeend populaire citaat googlet, krijgt maar één resultaat: deze recensie in de Volkskrant. In de Nieuwe Bijbelvertaling (2021) staat: “Ik heb alles aan den lijve ondervonden: overvloed en honger, rijkdom en gebrek. Ik ben tegen alles bestand door Hem die mij kracht geeft.�
Paulus zegt niet dat hij zomaar alles kan doen in de naam van Christus. Hij zegt dat hij alle omstandigheden kan uithouden omdat hij steun van God ervaart. Daar kan niemand tegen zijn. Toch vond Sander Kollaard het nodig om het citaat uit de Bijbelse context te plukken, de oorspronkelijke bewoording te veranderen en de bedoeling van de auteur te verdraaien. Een gapend gat tussen de tekst zelf en Kollaards interpretatie � de recensent blijkt het uitleggen van de Bijbel zonder inlegkunde net zo moeilijk te vinden als dr. Jordan B. Peterson. Het is maar goed dat er af en toe ook nog theologen meelezen.
Gemiste kans
Wat een broodnodige ontmaskering had kunnen zijn van de gebakken lucht van Jordan Peterson, werd een potsierlijk schot hagel. Wat een tegengeluid had kunnen zijn tegen het recente huwelijk tussen zelfbenoemde cultuurchristenen en naargeestige politiek, werd een farce; een betreurenswaardig eigen doelpunt. Waarom? Vanwege een oprisping van onverbeterlijke religiestress. Vanwege de pertinente weigering om gelovigen, theologen en religieuze instituten als bondgenoten te betrekken bij de strijd tegen oprukkend onguur rechts. Je kunt ons blijven aanwijzen als zondebok, maar intussen voeren de kerken actie voor een humaan vluchtelingenbeleid en heeft regelmatige kerkgang een negatieve correlatie met een stem op de PVV. Begrijp dit nou eens een keer, links(ig)e en progressieve Volkskrantlezers: jullie hebben ons christenen nodig. We kunnen dit niet zonder elkaar.
Dit stuk lees je gratis. Als je dit soort werk van mij wilt steunen, kun je doneren.January 16, 2025
In memoriam: opa

Ik vond dit oude stuk uit De Nieuwe Koers van 2020 terug.
Vandaag zou de verjaardag van mijn grootvader zijn.Ìý
Het teruglezen van dit stuk wierp me heel even terug de pandemie en het recente familieverleden in.
**
In memoriam: opaDe opa van Alain overleed vorige maand. 86 jaar werd hij. Voor hem, maar ook een beetje voor iedereen die geliefden ziet wegvallen in coronatijd, is deze gedachtenis. “De vrouw die net weduwe is geworden, krijgt van ons allemaal een ongemakkelijk aaitje over haar scheenbeen.�
Voorbijgangers kijken wantrouwend richting de achtertuin van mijn ouders. Het lijkt of er zo’n berucht ‘fuck-coronafeestje� gaande is, met twaalf illegaal samenscholende wijndrinkers. Mijn moeder vraagt zich hardop af of we een boete zullen krijgen als een van die mensen de politie gebeld heeft. ‘Dat gooien we dan wel boven op de uitvaartkosten�, besluit ze, want we toosten vanmiddag op het leven van haar overleden vader.
Politici zeggen dat de huidige pandemie de grootste crisis sinds de Tweede Wereldoorlog is. Dat vind ik zielig voor mijn opa, die 86 jaar is geworden en dus pech had tijdens beide crises. De Hongerwinter moest hij als tienjarig jochie beleven, tijdens COVID-19 behoorde hij als tachtiger tot de risicogroep. Hij was een van de steeds schaarser wordende mensen die zowel weten hoe bloembollen smaken, als hoe Facebook werkt.
En wat een lang pensioen is, want opa ging 26 jaar geleden al met de VUT. In die laatste levensfase is hij aan een soort tweede carrière begonnen � een geestelijk avontuur. In een droom ervoer hij de roeping van Jezus om met diens boodschap de straat op te gaan als evangelist. De meeste bewoners van Krimpen aan den IJssel zijn bekend met de verschijning van een oudere heer met kapiteinspet, hoog opgetrokken kousen onder een korte broek, en een handvol folders.
Op zijn folders had mijn grootvader een hele waslijst evangeliserende websites afgedrukt, in de vorm van een kruis. Dit ‘kruisdocument� verspreidde hij aan iedereen die hij tegenkwam (of hij legde ze neer op strategische plekken in het dorp). Zo hoopte opa zijn internettende medemens richting de missionaire hoek van het wereldwijde web te helpen. Zelf ondernam hij ook dappere digitale stappen: mijn zwager en ik maakten een website van zijn kruisdocumenten, en zelf waagde de oude evangelist zich op sociale media. Al zijn duizenden onbekende nieuwe vrienden konden ieder jaar rekenen op een verjaardagsfelicitatie met een link naar teksten over Jezus� liefde.
Van de doden niets dan goeds, maar het zou oneerlijk zijn als ik zei dat ik mij altijd comfortabel voelde over deze activiteiten van mijn grootvader. Het is wat onwezenlijk om door het dorp te rijden en te zien dat je eigen opa stiekem folders legt in een geparkeerde open cabriolet. Om in de wachtkamer van de huisarts een vijftal ‘kruisdocumenten� aan te treffen. Vrienden van vrienden van vrienden vroegen zich tijdens mijn studententijd vertwijfeld af waar ze het online vriendschapsverzoek van ene Herbert van Hoogdalem aan te danken hadden. Mijn opa evangeliseerde schaamteloos, rücksichtslos en onverschrokken. Ik wist pas echt zeker dat hij zou gaan overlijden, toen ik zag dat hij zijn Facebookaccount had laten verwijderen.
Spiegeltjes
Het is geen coronavirus geweest wat mijn grootvader velde. Het was een buikpijn die niet deugde en zich in de vorm van verkeerde plekjes op echo’s en scans snel verspreidde naar alle organen. In de herfst kregen we te horen dat het geen jaren, maar hooguit nog maanden zou gaan duren. Nog één keer werden opa en oma door hun dochter meegenomen naar een kerkdienst, waar voor de zieke opa kon worden gebeden, maar vooral: waar het bejaarde echtpaar samen voor de laatste keer de longen uit het lijf kon zingen. Op dat moment wisten we nog niets van een aankomend virus: kerkelijke bijeenkomsten noch verzorgingstehuizen werden als gevaarlijke plekken gezien.
Omstreeks diezelfde tijd nam de buikpijn zo hevig toe dat mijn grootvader naar de spoedeisende hulp werd gebracht. Toen de dokter hem vroeg de mate van zijn pijn een cijfer te geven, zei de man die nooit ergens over klaagde prompt: een tien. Zijn kinderen en kleinkinderen bleven bij hem totdat de sterke verdoving van de tien een vijf maakte. Daarna kon hij rustiger slapen, op zijn kamer met drie naar adem happende COPD-patiëntes. De volgende ochtend belde de zuster mijn moeder op met een vreemd verzoek: ‘Uw vader zei dat ik zijn dochter moest bellen, dat ze kleine spiegeltjes moet komen brengen. Wij snappen niet wat hij bedoelt, maar hij zei dat u het wel zou begrijpen.�
In het huis van mijn grootouders lag inderdaad een verzameling kleine spiegeltjes. Zodra de pijn van opa weer beheersbaar was, ging hij daarmee langs andere ernstig zieken in het ziekenhuis. Hij gaf de spiegel met de achterkant naar voren, want daar stond de bekende bijbeltekst uit Johannes 3 op: ‘Alzo lief heeft God de wereld gehad…�. Daarna instrueerde mijn grootvader zijn medepatiënt om het spiegeltje om te draaien, zodat zij konden zien voor wie die liefde van God dan wel beschikbaar was: voor henzelf. Een stukje goddelijke liefde van de ene terminale naar de andere, in de gangen van het hospitaal.
Eigenlijk zou hij januari nauwelijks overleven, maar opa kreeg een langere afscheidsfase dan de dokters hadden voorzien. Thuis blijven wonen werd steeds moeilijker, en er kwam een plek in een hospice vrij. Mijn oma werd dagelijks van en naar haar man gechauffeerd door leden van de familie, en door een verzameling vrijwilligers uit een christelijke WhatsAppgroep voor lokale mantelzorgers. De oude evangelist kreeg de liefde die hij online wilde verspreiden nu terug via deze route. Elke dag ontving hij bezoekers, en toen ik hem een keer niet op zijn kamer aantrof, vond ik hem bij de stilteruimte van het verzorgingstehuis. Daar kon hij langdurig bidden zonder te worden afgeleid door het zorgpersoneel.
Toen kwam de pandemie. Vrijwilligers durfden mijn oma niet meer naar het tehuis te rijden, voor mijn oma werd het riskant om die plek nog te bezoeken, en al heel snel werd alle bezoek verboden. Dat opa in redelijke staat de maand maart had bereikt, was best een reden tot dankbaarheid, maar vanaf medio maart kreeg dat een duister randje. Het zorgpersoneel kwam onder steeds grotere druk te staan, en de kinderen van mijn opa moesten zijn medische informatie per telefoon uit een veel te drukbezette dokter proberen te krijgen. De buurman van mijn opa werd weggebracht met coronaklachten. Mijn geïsoleerde grootouders konden elkaar in zijn laatste levensfase niet meer zien, maar slechts bellen. Dagelijks van 3 tot 4 telefoneren totdat ziekte en Ìýdood hen scheidde â€� zo eindigde hun relatie na 66 mooie jaren.
Ongemakkelijk aaitje
Het verhaal van mijn grootouders vormt maar een kleine anekdotische illustratie van de grote kosten van het coronavirus, ook voor mensen die het nÃét kregen. Toen mijn opa hard achteruitging, werd hij terminaal verklaard. Dat betekende dat de coronamaatregelen in zijn geval versoepeld werden. In zijn laatste week mocht mijn opa twee bezoekers per dag ontvangen. Maar wie te kiezen? Gaan de dochters samen, dan kan de echtgenote niet komen. Komt de echtgenote, dan mag er slechts één (schoon- of klein)kind mee. Dat deze dilemma’s in goede harmonie werden opgelost, maakt ze niet minder duivels.
Mijn opa heeft in zijn laatste dagen nog eenmaal warm kunnen lachen naar zijn vrouw, en liefdevol kunnen spreken tegen zijn schoonzoon. Hij overleed in het bijzijn van zijn beide dochters. Op de tafel lagen zijn intekenpapieren van het tehuis waar hij lag. Als beroep had een verpleger ‘straatpredikant� geschreven, maar dat had hij doorgestreept en verbeterd naar ‘straatevangelist�. Ruim veertig jaar had hij in een commerciële functie in het zakenleven gewerkt, maar in zijn missionaire hoedanigheid wil hij herinnerd worden.
Op het moment dat mijn moeder en tante het nieuws komen brengen, zitten mijn zus en ik al bij mijn grootmoeder thuis. Met het oog op deze gebeurtenis heeft de hele familie een beperkt sociaal leven geleid, zodat we haar nu durven bezoeken. Aanraken durven we niet in de coronatijd. De vrouw die net weduwe is geworden, krijgt van ons allemaal een ongemakkelijk aaitje over haar scheenbeen. Een dystopische scène voor de familie, die altijd innige banden heeft gehad. Mijn moeder, als suikerpatiënt doorgaans drie keer zo voorzichtig als anderen, houdt het niet meer en omhelst haar zus en kinderen. Sterk als de dood is de liefde, en het is vernederend hoe zo’n coronavirus onze belangen en verlangens tegen elkaar kan uitspelen.
Dan is er de uitvaart. Zonder koffie en cake en handjes (wie zal die missen?). Ook zonder omhelzingen, kussen en al te veel intimi. Het pakt zo uit dat opa herdacht wordt door zijn vrouw en kinderen met hun nakomelingen en aanhang. Twaalf aanwezigen zitten rond de mand waarin het lichaam van de overledene ligt. Zingen mogen we niet, met dit verzamelde groepje in een afgesloten ruimte van de begraafplaats. De door mijn oma en haar dochters geselecteerde uitvaartliederen speel ik af met mijn telefoon via een bluetoothspeaker. Het is een beetje behelpen, maar het heeft ook iets heel charmants. We luisteren onder meer naar het gedeelte van Händels ‘Messiah�: �How beautiful are the feet of them that preach the gospel of peace�. Daarbij denken we nog eens met een vertederde glimlach aan de man met de folders, de spiegeltjes en de Facebook-felicitaties.
De pandemie steekt ook een stokje voor een bekende en waardevolle uitvaarttraditie: het laatste Onze Vader ten afscheid, dat normaal gesproken door alle aanwezigen hardop wordt uitgesproken. Als compromis heb ik mijn gitaar meegenomen om mijn jonge nichtjes, opa’s achterkleinkinderen, te begeleiden terwijl zij het in liedvorm ten gehore brengen. Namens ons allen zingen zij voor het laatst het gebed dat Jezus zijn leerlingen leerde � en dat mijn opa met ons bad, altijd als we bij hem en oma hadden gegeten. Tijdens het laatste lied, de paaszang ‘U zij de glorie�, gaan we alle twaalf toch maar plechtig staan. Het is niet meer te houden: het eerste couplet hummen we zachtjes mee, maar het laatste refrein zingen we hoorbaar. Misschien is het inderdaad een wetbrekend ‘fuck-coronamomentje�, maar dan wel de vroomst denkbare variant.
Gemeenschapjes
‘Houd Me niet vast�, zei de opgestane Jezus tegen Maria uit Magdala. Dit verbod op aanraking galmt bij mij nog na sinds ik het bijbelgedeelte las rond Pasen. Veel te veel mensen hebben aanrakingen gemist tijdens de coronacrisis. Het maakt onze rouwprocessen minder natuurlijk, het verlaagt de kwaliteit van onze laatste levensfasen. Al weken voordat mijn opa overleden was, was hij noodgedwongen al bijna gestopt met bestaan. Mijn oma wende een quarantaine lang aan het weduwschap, terwijl haar man op slechts een paar kilometer afstand nog in leven was. Iedereen die haar wil komen condoleren, of haar zere benen komt verzorgen, neemt het risico degene te zijn die een dodelijk virus naar haar huis komt dragen. Laten we haar veiligheidshalve alleen, dan halen we de menselijkheid weg uit haar bestaan.
Om onze kwetsbare medemensen heen moeten gemeenschapjes ontstaan. Groter dan de toegestane groepen van ‘leden van één gezin of huishouden�, kleiner dan complete kerken. Doe het zoals wij het bij opa deden: een zieltje of twaalf, zich informeel en uit liefde verzamelend. Dat is misschien de enige manier waarop we de coronaschade beperken voor degenen die er het ergst onder lijden. Misschien voorlopig ook de enige acceptabele bestaansmodus voor kerken anno 2020. Laat de kerk nou net met dit aantal ontstaan zijn.
March 29, 2024
Bij NRC Het Uur: een interview als podcast
Terug te luisteren via en ook via .
September 25, 2023
Wie gelooft er in Asjera?

Kunstenares Marieke Ploeg wil de Kanaänitische godin Asjera terugbrengen naar onze huiskamers. Daarom heeft ze er zoveel mogelijk gemaakt, met behulp van anderen die wilden meewerken aan haar kunstproject. Het waren er duizenden, uitgestald in het Bijbels Museum. Aan het einde van de expositie mochten bezoekers een beeldje meenemen, opdat Asjera na al die millennia weer terug zou zijn in onze levens.
Waarom eigenlijk? Daarbij hoort enerzijds een ideologisch verhaal. Asjera is een vrouwelijke godheid, en van de christelijke God wordt te vaak een mannengod gemaakt. Een Asjerabeeld zou een feminiene en/of feministische correctie kunnen vormen. Anderzijds hoort er een Dan Brown-achtige complottheorie bij. De Bijbelse JHWH zou oorspronkelijk de helft zijn geweest van een echtpaar met Asjera. Ooit zou heel Israël, van privéwoning tot tempel, vol hebben gestaan met Asjerabeelden. Maar zij werd weggecensureerd, en al wat overbleef was de jaloerse mannelijke JHWH.
Klopt dit? Ja en nee. Asjera heeft zeker een rol gespeeld in de cultuur waarin Bijbel en jodendom ontstonden. (Want eigenlijk raakt Ploegs kritiek vooral het jodendom.) Dat is niet geheim. Elke trouwe Bijbellezer weet dat Asjera, net als de god Baäl, voortdurend opdook in de religie van het volk Israël. Zoveel trouwe Bijbellezers bestaan er niet meer in geseculariseerd Nederland, maar online bijbels hebben, voilà , gewoon een makkelijke Er is helemaal niets geheims aan: de mensen bij wie het jodendom ontstond, grepen vaak naar godenbeelden. Ook archeologische vondsten in Israël laten zien dat de praktijk van dat volk vaak niet zuiver monotheïstisch was. Dat is al decennialang algemeen bekend en niemand doet er geheimzinnig over. Als de feiten niet bekend zijn, komt dat door collectieve desinteresse en niet doordat er iets is weggemoffeld.
Israëlieten aanbaden godenbeelden. Het punt is alleen dat elke profeet in de Bijbel, elke schrijver van de Bijbel en elk Bijbelboek zich daar hevig tegen heeft verzet. Het eerste van de Tien Geboden zegt dat je geen andere God mag aanbidden dan JHWH en het tweede gebod zegt dat je geen beelden moet vereren. Het verbod op godenbeelden behoort tot de kern van het Bijbelse geloof, en juist daarom mag het wat mij betreft opvallend heten dat juist het Bijbels Museum deze expositie wilde hebben. Het komt op mij over als een vorm van vrijzinnige zelfhaat, of op z’n minst als een slecht middel (ouderwetse afgoderij) tot een goed doel (de vrouwelijke kant van God meer benadrukken).
Wat is het probleem met godenbeelden? Het zijn gestolde stukjes schepping. Je maakt iets uit de werkelijkheid tot God. Of het nou een boom is, het vaderland, een sterke man met een grote fallus, de bitcoin of jouw vrouwelijke zelfbeeld (want Marieke Ploeg modelleert haar godinnen naar zichzelf, maar daarover heeft ook niemand het). Dat kan niet, dat werkt niet en je loopt erin vast. God staat boven alles wat wij verzinnen en ons verbeelden, juist omdat alles wat wij verzinnen en ons verbeelden vooral naar onszelf verwijst, en naar dat wat zoal indruk op ons maakt. Elke verrassing is eruit en elke transcendentie ontbreekt: je aanbidt wat je zelf in je greep hebt want zo’n beeldje past in je handpalm en je kunt het anders kneden zodra het je niet bevalt. Het aloude heidendom omvat de gesloten belevingswereld van een mensheid die uiteindelijk alleen nog maar hysterisch naar zichzelf kan verwijzen. Daarom wilden de profeten al die beelden kapotslaan: vrijheid creëren voor het gefluister van de genadige zachte bries die God laat waaien. God, die vanzelfsprekend zowel voluit vrouw als man is. En alles ertussenin.
Dus daar liep ze dan. Een van 70plus, vermoedelijk niet de enige daar, stampte honderden beeldjes kapot. ‘Er is maar één God, maar één Jahweh�, riep ze. Blijkbaar wist zij hoe ze de onuitspreekbare naam van God moest uitspreken � op zichzelf al een heidense overtreding. Ze kon er een tijdje ongestoord mee doorgaan omdat iedereen dacht dat het performance art was. Dat zegt alles: niemand daar verwachtte ook maar iemand tegen te komen die ook maar ergens in geloofde.
Wie gelooft er daar echt in Asjera? Wie gelooft er daar echt in God, behalve dan dat ze vooral niet te mannelijk mag zijn? Wie liep daar nou echt in alle ernst rond, met andere intenties dan het mee naar huis nemen van een leuk hebbedingetje uit rancune richting een half verwerkte reformatorische jeugd?
De enige die dat deed, was de boze oude vrouw die het kunstwerk voor 25% vandaliseerde. Voor de kunstenares draaide dit project sowieso meer om kwantiteit dan om kwaliteit, en was het gesprek belangrijker dan het stoffelijk product. Zij mag het bekijken zoals Feyenoord de vuurpijlen van Ajaxsupporters bekijkt: een belachelijk vervelende actie, maar ook een compliment. Niemand had nog fiducie in Asjera behalve een enkele doorgewinterde ontkerkelijkte Trouwlezer, maar deze vandaal heeft op de valreep nog gezorgd dat Marieke Ploeg kan concluderen: ‘Kennelijk raakte ik een gevoelige snaar.�
Ook voor het Bijbels Museum is er geen groter cadeau denkbaar dan deze profetisch-manische sabotage. Een live verwoesting van tweehonderd afgodenbeelden is toch meer Bijbels exposé dan je ooit zou durven te dromen als curator. Niet alleen de relevantie van Ploegs project werd zo gered; toen de beeldenstormer daar haar woedende werk deed, stopte ze last minute alsnog het ‘Bijbels� in het ‘Bijbels Museum�. Ik zie alleen maar winnaars.
Ìý
Dit stuk lees je gratis. Doneer om mijn werk gaande te houden.
Of wees het hartstochtelijk met me oneens en/of voor meer nieuwe Asjera’s.Ìý
Ìý
Schrijf je in voor mijn maandelijkse nieuwsbrief.
February 28, 2023
Veertigdagentijd 2023
In deze vastentijd stuur ik weer elke ochtend om 8uur een mailtje naar wie dat wil.
Er is ook altijd een luisterversie.
Wil je deze berichten ontvangen? Schrijf je in.
January 9, 2023
Mens, waar ben je?
Vandaag is het ‘Dominee Dayâ€�. Preekvoorzieners van kerken bellen en mailen mijn collega’s en mijÌýin een poging om gastvoorgangers te regelen voor alle vrije zondagen in het jaar 2024. Een handvol afspraken heb ik nu al gemaakt ‘onder voorbehoud dat onze kerk dan nog bestaatâ€�. ÌýHet gaat namelijk niet goed met kerkelijk Nederland. Dat is geen geheim of verrassing â€� de ontkerkelijking wordt al tientallen jaren gemonitord en geanalyseerd. Wat wel nieuw en onvoorzien is, is het onthoofdende effect van de coronacrisis.
‘Die pandemie scheelt zo 20% in de kerkgang, hè?�, vraag ik als ik op een zondagochtend binnenkom in een van de vijftig kerken die ik jaarlijks bezoek. Het antwoord is nu al meerdere keren geweest: ‘Nou, 20% is nog zuinig. Het scheelt soms wel de helft.� Waar veel Nederlanders na alle lockdowns van hun coronakilo’s af willen komen, zijn veel kerken juist achtergebleven zonder enig resterend vet op de botten. Mensen blijven in ongekend groten getale weg, en de opmerking dat de online stream best goed wordt bekeken is eigenlijk voor niemand een serieuze troost.
Dat corona dodelijk was voor de kerk, heeft weinig met het virus zelf te maken. Natuurlijk hebben ook kerken veel leden te betreuren gehad wier gezondheid te broos was om goed en wel door de pandemie heen te komen, maar dat verklaart de huidige leegstand niet. Het virus heeft ons hooguit hardhandig op de mogelijkheid gewezen om op zondag thuis te blijven. We móesten wegblijven, en bleken dat verrassend goed te kúnnen. Daarna verdween de kerkgang uit ons systeem en nu hebben we een nieuw levensritme, waarvan de zondagse dienst geen deel uitmaakt. Een beetje zoals ik al vijftien maanden niet naar de sportschool ben geweest, terwijl de laatste lockdown een jaar geleden eindigde.
Voor de sportschool maakt het niet uit hoelang je wegblijft (zolang de contributie doorloopt, zoals in mijn geval). In de kerk werkt dat anders. Het zingt minder lekker, het is treurig als de kindernevendienst wéér niet nodig blijkt te zijn omdat de jongste bezoeker 47 is, en als de meerderheid van de bezoekers in de kerk zelf een taak heeft in de dienst, kijken ze elkaar ook een beetje aan met de vraag voor wie ze dit hele circus nou eigenlijk weer hebben opgetuigd. Of waarom ze die dure verwarming toch weer hebben aangeslingerd. Een kerkdienst heeft bezoekers nodig, daarmee zeg ik niets controversieels. Blijven die bezoekers weg, dan gaat er iets verloren.
Ik begrijp dat het weinig zin heeft om hierover te jammeren. De secularisering gaat gestaag door, daaraan verander je niet een, twee, drie iets. De kerk zoals we die nu kennen, bestaat misschien nog nauwelijks aan het einde van deze eeuw. Veel gemeenten hebben de nodige boten gemist, waardoor ze de mensen zelf van zich vervreemdden. Kerk-zijn of geloven doe je niet alleen op zondagochtend in een gewijd gebouw, maar ook op dinsdagmiddag in een parkje. Ik weet het allemaal en vind dit allemaal denksporen waarop we prima kunnen voortbouwen. Toch blijft daarnaast nog een steeds hardnekkiger wordende gedachte, en dat is deze: kerkverlating is een van de verwendste fenomenen die we kennen.
In de kerk schud ik de hand van mensen die al een week niet zijn aangeraakt. De gemeenschap stuurt twee bossen bloemen naar mensen die dat nodig of verdiend hebben � of zomaar, als blijk dat ze gekend en geliefd zijn. In de kerk zit de boer naast de ambtenaar en belijden ze samen dat geen van beiden God is. Dat de wereld geen paradijs is, maar dat we wel samen op weg moeten naar een Beloofd Land. In de kerk is er stilte en vrijheid van de tirannie van de reclames van bedrijven die geld of aandacht van ons eisen. Mensen mogen er ongelukkig zijn. Armoede en huisvestingsproblematiek worden er aangepakt. Mantelzorg wordt er georganiseerd. Een verbijsterend besef: de kerk is in vele opzichten een wegkwijnende oplossing voor groeiende maatschappelijke problemen.
Dat is de pragmatische kant van het verhaal. Er is ook een geestelijke kant. Als je op zondagochtend niet meer samen je ‘hart verheft tot God�, zoals de oude woorden zeggen, wat doe je dan wel met hart en ziel? Misschien heel zinnige dingen; daarover wil ik niet oordelen. Maar als het je werk is dat je uitput, en dat wint van je spiritualiteit, maak ik bezwaar. Als het de eeuwige entertainmentmachine van digitale spelletjes en series is, zet ik een vraagteken. Als het lekker eten en drinken is, of zo’n sportklasje dat ik buiten druk bezig zie als ik terugrijd van kerk naar huis, zeg ik: goed bezig, én de mensen zijn meer dan hun buik(spieren).
Als de kerk het moet verliezen, en dat sluit ik heus niet uit, laat haar dan tenminste verliezen van iets dat waardevoller is dan zij. Niet van je postcorona onverschilligheid, niet van het kapitalisme, niet van de geestdodende stroom aandachttrekkers en energielekken die onze samenleving arm is.ÌýMoet de kerk anders? Wees onderdeel van de verandering.ÌýMoet je naar een andere kerk? Zoek een andere kerk. Heb je er weinig te zoeken? Misschien heb je er iets te brengen. Als de sportschool je op bushokposters moraliserend mag aanspreken op je goede voornemens, waag ik het er ook even op op mijn eigen website:
heroverweeg je eigen kerkverlating.
Ìý
Ìý
January 2, 2023
Nieuwsbrief: wat ik in december (en in 2022) deed
Afgelopen jaar was er:
-een boek
-een podcastseizoen
-elke maand stukken in De Nieuwe Koers
-stukken @ Trouw, EO Visie, EVA, Lazarus, en vele anderen
-interviews in Koers, Trouw, Financieel Dagblad, Nederlands Dagblad, handenvol podcasts
-af en toe radio en tv
-elke week 1, 2, of 3 kerken
Bekijk alles rustig in mijn maandelijkse .
Wil je zelf die nieuwsbrief eenmaal per maand ontvangen? Schrijf je .
September 10, 2022
September 9, 2022
Gesprek over Geld en go€d en de gelijkenis van de talenten
Met Marco Visser en Rob Ittmann van De Nieuwe Bijbelschool. Als je wilt, is dit gesprek ook als te luisteren.
Ìý